Er zijn van die dagen dat ik mezelf niet kan uitstaan. Het lijkt wel alsof ik precies de verkeerde dingen zeg en doe en daarmee onbedoeld juìst de gevoelige snaren bij anderen raak. Ongemakkelijk onder hun ongemak probeer ik mijn lompheid meteen weer recht te zetten, wat natuurlijk precies het omgekeerde effect heeft. Ik voel me van warm belangstellend en neutraal observerend mens ineens veroordeeld tot bemoeiziek en controlerend. De behoefte om -net als vroeger- maar beter helemaal niets te zeggen, rijst steevast naar de oppervlakte en ik keer me in mijzelf.
Waarom gebeurt dit? Waarom juist bij mij? Normaal ben ik zo handig in het anderen aanvoelen en op hun gemak stellen.
Moedeloos sleep ik mezelf naar boven en plof op bed. Misschien kan ik met mediteren een antwoord vinden op bovenstaande vragen. Ik probeer eerst zo goed mogelijk voor mijzelf te verwoorden wat nu eigenlijk mijn probleem is en concentreer me op alle aspecten van mijn onhandige aanpak van vandaag. Zonder echt al met mediteren begonnen te zijn, komen er al vanzelf wat inzichten naar boven drijven.
Als ik angstvallig probeer mijn ondoordachte, maar duidelijk kwetsende actie teniet te doen moet ik eerlijkheidshalve toegeven dat ik vooral bezig ben met mijn eigen angst voor verlies. Voor verlies van de ander. Voor verlies van de liefde, de bewondering, de aanhankelijkheid, de nabijheid of de whatever van de ander. En handelen vanuit angst heeft, zoals altijd, een averechts effect. Angst lokt weerstand uit, heel logisch.
Maar het gevoel dat ik een fatale fout heb gemaakt blijft hangen en triggert nieuwe, door onbewuste angst geïnspireerde onhandige acties van mijn kant. Ik zorg er dus zelf voor dat het blijft duren en dat het soms zelfs heviger wordt. Door mijn angst voor verlies, raak ik de voeling met de ander juist kwijt.
Een tweede inzicht krijg ik in de vorm van een gesproken boodschap:
“Zoek een ander doel. Richt je op iets dat puur en alleen voor jezelf is.”
Ik weet natuurlijk meteen dat er maar één iets is dat dit voor me kan betekenen: het redigeren en uitgeven van mijn manuscripten. Me storten op mijn droom en er ècht werk van maken.
Dat ik dit weekend een mailtje van Bol.com in mijn inbox kreeg over hoe ze in zee zijn gegaan met Brave New Books, een self-publishing bedrijf, en nu nieuwe boeken cq schrijvers zoeken, lijkt ineens als een mooi puzzelstukje op zijn plek te vallen. Ik had er meteen al een goed gevoel bij, heb het berichtje een paar dagen in mijn inbox laten sudderen en heb vanmorgen de stoute schoenen aangetrokken en een eigen profiel aangemaakt.
Maar er is nog iets anders, iets waar ik eerder al met een vriendin over gesproken heb. Een antwoord op de vraag waarom ik het iedereen zo graag naar de zin wil maken. Het draait niet alleen om angst voor verlies. Het draait vooral ook om behoefte aan veiligheid. Als een ander op zijn gemak is, kan ik me ook ontspannen. Iemand die zich lekker bij me voelt, vormt geen bedreiging. Iemand die zich niet goed in zijn vel voelt is weliswaar intrigerend, maar onvoorspelbaar en zou naar me uit kunnen halen als een kat in het nauw.
Welbeschouwd ben ik dus eigenlijk best een angstig mens. En dan met name voor sociaal-emotioneel ‘gevaar’. Fysieke of mentale uitdagingen kunnen me weinig schelen, zoek ik eigenlijk juist op. Ik weet dat ik daarmee overweg kan. Op die vlakken heb ik wèl voldoende zelfvertrouwen.
Met deze inzichten in mijn achterhoofd concentreer ik me op de meditatie van vandaag. Mijn handen verplaatsen zich als vanzelf ontspannend en verbindend naar mijn genetische codering (grotendeels gelijk aan het gebied dat de monnikskapspier beslaat). Ik controleer mijn gronding en aura en laat het een en ander aan ‘shit’ los en afzakken naar de kern van de aarde, ter verwerking. Ik functioneer echt beter zònder al die vuiligheid.
Het lukt me alleen niet contact te maken met de codering zelf, hoe graag ik dat nu ook wil. Kennelijk zijn de boodschappen en inzichten die vanzelf al kwamen voldoende voor vandaag.