Categorie archief: Wat brengt het me?

Inzicht

Een mooi inzicht komt zomaar naar boven borrelen terwijl ik voor het slapengaan nog wat lig te mijmeren over de berichten en posts van Raz Iyahu die ik vandaag gelezen heb. Hij probeerde uit te leggen waarom het wenselijk is je te onthouden van seksuele ontlading wanneer je het pad naar verlichting wilt bewandelen. De reacties zijn heftig en hij heeft er verschillende pogingen voor nodig gehad om zijn verhaal een beetje duidelijk te krijgen.

Uiteindelijk komt het erop neer dat je aardse leven volledig bepaald wordt door lust en verlangen; seksuele ontlading is daar maar één voorbeeld van. Voor wie geïnteresseerd is, is de post hier te lezen.
Het doet me vanavond terugdenken aan mijn verlichtingservaring/BDE, nu zesenhalf jaar geleden. Het volgende inzicht rolde zomaar mijn geest binnen:

Ik ervaar verwondering als ‘medicijn’ voor lust/verlangen. Verwondering woont in de kieren tussen lust en verlangen. Het is waar, meditatie begint vanuit een verlangen, het verlangen om te mediteren. Het beoefenen van meditatie echter, in welke vorm dan ook, vergroot de ruimte voor verwondering tussen de lusten en verlangens.

Zo heb ik volkomen onverwacht -dus zonder verlangen- verlichting ervaren. Momentenlang was ik één met de Bron van Alles, wàs ik de Bron, een allesoverweldigende ervaring. Alleen mijn verlangen er voor mijn kinderen te zijn haalde me terug naar de fysieke werkelijkheid…

20130908-022237.jpg

Een Nieuw Begin

Pas tegen een uur of half drie heb ik voldoende moed verzameld om ook daadwerkelijk vandaag aan de slag te gaan met de eerste dag van Het 100 Dagen Project. Vandaag is het zeven juni 2013. Zo’n 740 mensen zijn officieel begonnen met een kleine creatieve actie per dag en documenteren dat 100 dagen lang, zodat anderen ervan kunnen meegenieten. Iedere dag, of pas na de volledige periode van 100 dagen. Ik heb ervoor gekozen iedere dag verslag te doen van mijn vorderingen in het mediteren.

Mediteren zelf heb ik al tijden niet meer gedaan. Eigenlijk niet echt meer sinds ik mijn praktijk heb opgedoekt. Ik had er eerlijk gezegd een beetje mijn buik vol van, al dat spirituele gezever. Het is niet fijn om tijdens het voeren van een goed lopende healingpraktijk tot het inzicht te komen dat ik mezelf voor de gek aan het houden ben en daarmee onbedoeld mijn cliënten beduvel, ongeacht alle positieve effecten en reacties die het geeft. Gewetensbezwaar helpt iedere poging tot het helpen helen van een ander behoorlijk om zeep. Stoppen was de enige moreel juiste optie. Voor mij.

Wat ik goed kan is mensen lezen en wat ik in anderen aanvoel omzetten naar visualisaties/beelden. Dat betekent nog niet dat wat ik helder zie ook allemaal echt waar is. Je weet wel: werkelijkheid, wetenschappelijk aantoonbaar. Zelfs al voelt het verschrikkelijk echt op het moment zelf, de twijfel nadien en de behoefte aan toetsbare resultaten hebben me uiteindelijk de das omgedaan. Prima. Ik heb er geen spijt van. Ik heb er zelfs enorm veel door over mijzelf en over hoe mensen in elkaar steken geleerd. Dat is kostbaar.

Maar sinds ik gestopt ben met mijn praktijk zit ik in een soort gat. Ik wil mijn leven lang al dolgraag schrijver zijn, maar dacht tot voor anderhalf jaar geleden dat dit echt niet voor me weggelegd zou zijn. Aan creativiteit geen gebrek, dus ik had smoezen genoeg om mijn idee dat ik geen schijversmateriaal ben voor mijzelf aanvaardbaar te maken. Prachtig klinkende excuses om maar nooit aan die enge en onzekere onderneming te beginnen. Een boek schrijven? Nee, ik niet!

Maar de drang is er al sinds mijn lagere schooltijd en het bloed kruipt waar het niet gaan kan. De drang te schrijven is al die jaren gebleven en is eigenlijk alleen maar gegroeid. Natuurlijk heb ik eerst alle andere beroepen geprobeerd die me ook wel leuk leken en redelijk gemakkelijk binnen mijn bereik lagen. Waarom de moeilijke weg gaan? Maar geen van die banen heeft me de voldoening gegeven die ik zocht. Hoe kan het ook? Het was niet mijn weg, het waren zijsporen. Schrijven moest het uiteindelijk toch echt gaan worden, ik kon er niet meer onderuit.

Mijn eerste deelname aan NaNoWriMo heeft me geholpen in te zien dat ik wel degelijk een boek kan schrijven! Onvoorstelbaar hoeveel plezier ik daaraan beleefd heb! Het was gewoonweg heerlijk om door mijn eigen verhaal aan de hand genomen te worden en vol verrassing te zien hoe er onder mijn vingers, letter voor letter, bijzondere karakters tevoorschijn kwamen, verrassende plotwendingen vorm kregen, hoofdstukken en hoofdstukken volgeschreven raakten tot ik merkte dat ik bij het slot aangekomen was en me realiseerde dat ik niet door het vloeiende en gemakkelijke schrijven, maar dankzij het ploeteren, zwoegen en doorzetten als het onmogelijk leek ook nog maar een letter op papier te krijgen uiteindelijk in de hele onderneming ben geslaagd.

Nou ja, geslaagd… Dat dacht ik. Ik was in jubelstemming. Maar niet langer dan de week rust die ik had genomen, tot ik het niet langer uit kon stellen mijn manuscript te lezen, tegen alle adviezen van medeschrijvers in. Wat een teleurstelling! Een literaire thriller? Haha, een hopeloos pretentieuze gedachte. Een waardeloos stuk proza, meer was het niet. In mijn ogen dan. Toen ik het na een jaar eindelijk aandurfde mijn 100 pagina’s rommel aan anderen te laten lezen bleek pas dat ik een pakkend verhaal had geschreven, iets dat levensvatbaar is met hier en daar een aanpassing en een of twee extra hoofdstukken. Opluchting? Jazeker. Maar meer dan dat: angst. Angst voor die berg aan revisiewerk, angst voor succes, angst om uiteindelijk toch nog te falen. Kort samengevat: angst om mezelf opnieuw teleur te stellen. Als de eerste keer al zo’n pijnlijke ervaring was, hoe moet het dan wel niet voelen als ik mezelf na drie keer zoveel werk en uren opnieuw teleurstel?

Ik zit gevangen, verlamd door mijn eigen angsten. Tientallen keren heb ik plannen gemaakt om nu toch echt te beginnen met reviseren. Ik heb het manuscript nog eens door anderen laten lezen op zoek naar nog meer bevestiging, of liever: naar afkrakende woorden en kritiek, zodat ik van die onmogelijke revisietaak verlost zou zijn zonder me schuldig te hoeven voelen over hoe ik mezelf niet die kans heb gegeven op dat eerste officieel gepubliceerde boek op de plank. Maar de mensen zijn onverdeeld positief en enthousiast. Ik kom er niet onderuit. En dat stemmetje diep binnenin mij is daar heel gelukkig mee. De uiteindelijk vraag is dus: hoe kan ik mezelf wèl voldoende motiveren? Hoe kom ik over die faalangst/prestatiestress heen?

Dit blog is mijn antwoord.

image